Regelgeving
Bij de installatie en werking van de mestverbrandingslijn zijn er belangrijke normen en regelgeving waar pluimveebedrijven zich aan moeten houden:
- Uitstootnormen: De mestverbrander moet voldoen aan de uitstootnormen die zijn vastgesteld door de Europese Unie, waaronder limieten voor stikstofoxiden (NOX), zwaveloxiden (SOX) en stof. Hiervoor worden chemische en calorische analyses uitgevoerd om de emissies nauwkeurig te monitoren.
- Omgevingsvergunning: Het verkrijgen van een omgevingsvergunning is verplicht. Pluimveebedrijven dienen de gemeentelijke eisen te respecteren met betrekking tot emissies zoals SOX, NOX, stof, ammoniak en geur. Voor ondersteuning bij het aanvraagproces kunnen bedrijven terecht bij gespecialiseerde adviesbureaus.
- Erkenning: Voor de mestverbrandingslijn is een erkenning van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) vereist. Dit waarborgt dat de installaties voldoen aan de nationale voedsel- en veiligheidsnormen.
- Regelgeving voor Pluimveebedrijven: Het is essentieel dat u bekend bent met de regelgeving die van toepassing is op het houden van een pluimveebedrijf. Dit omvat niet alleen de milieu-eisen, maar ook de dierenwelzijns- en bedrijfsvoeringseisen.
- Mestboekhouding: Pluimveebedrijven zijn verplicht om een nauwkeurige mestboekhouding bij te houden bij mestverbranding. Dit houdt in dat de hoeveelheid en de chemische samenstelling van de verbrande pluimveemest, evenals de vrijkomende as, geregistreerd moeten worden. Het gewicht van de mest wordt bepaald door een weging op het terrein, terwijl de samenstelling geanalyseerd wordt door een extern bureau. Het is belangrijk om verschillende mestnummers te hanteren voor zowel het pluimveebedrijf als de mestverwerkingsprocessen.
Door aan deze eisen en richtlijnen te voldoen, kunnen pluimveebedrijven niet alleen de wetgeving naleven, maar ook bijdragen aan een duurzamere bedrijfsvoering en een verantwoorde omgang met mest.